My vision for The Young Academy to advance the scientific climate in The Netherlands

In June 2020, I have been nominated by Tilburg University’s Rector Magnificus to become a member of “The Young Academy” of the Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences.

In October 2020, I was among those 20 scholars invited to discuss in person their vision on how to advance the scientific climate in The Netherlands.

In November 2020, I learnt that I was not among the 10 scholars selected for membership in the academy. I was very proud to have come so far in the selection procedure.

You can find the ideas expressed in my nomination statement, discussed along the three key themes of The Young Academy, below (in Dutch).

Bijdrage aan wetenschapsbeleid op het gebied van de digitale economie

De Jonge Akademie vraagt leden actief bij te dragen aan de toekomst van het eigen vakgebied en aangrenzende vakgebieden en visie te ontwikkelen op het te voeren wetenschapsbeleid. De Jonge Akademie overlegt met en geeft advies op het gebied van wetenschapsbeleid aan wetenschappelijke organisaties en ministeries.

Het huidige wetenschapsbeleid sluit niet voldoende aan bij de maatschappelijke behoefte om meer kennis over de digitale economie op te doen. Onderzoekers verzamelen grootschalig waardevolle data, bv via webscraping of andere, gerelateerde technologieën. Hierdoor lopen ze persoonlijk veel risico’s omdat webscraping juridisch een grijze zone is. Enerzijds staan er talloze artikelen gepubliceerd met data van publieke websites. Anderzijds is het gebruik van deze data onder omstandigheden niet in overeenkomst met de Terms of Use van bedrijven of schendt het mogelijk hun eigendomsrechten. Ik heb dit zelf mogen ervaren toen een bedrijf probeerde mijn (inmiddels gepubliceerde) studie over hoe online-muziek streaming het luistergedrag van consumenten beïnvloedt te blokkeren (https://doi.org/10.1287/mksc.2017.1051). Ik kreeg steun van het Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT), een interdisciplinaire samenwerking van toponderzoekers wiens kennis heeft geleid tot een adequate onderhandeling met het bedrijf en uiteindelijk toestemming tot publicatie.

Helaas is voor onderzoekers officieel nog niets veranderd: webscraping blijft in een grijze zone hangen, terwijl meer en meer gedrag – zeker ook na de Corona-uitbraak – verschuift naar online. Om onze maatschappelijke functie in te kunnen vullen moeten onderzoekers publiek beschikbare (en niet persoonlijk ingrijpende) data van internetservices kunnen verzamelen en in een beveiligde omgeving analyseren, zonder risico’s te lopen op rechtszaken en eventueel persoonlijke schade. Sterker nog, data zou ook geanonimiseerd moeten kunnen worden gedeeld met de research community in de vorm van open data sets. Anders dreigt er stilstand op gebied van open science.

Met de interdisciplinariteit en connecties van DJA wil ik me als lid hiervoor gaan inzetten. Een concrete uitkomst zou een policy paper zijn voor Nederlandse universiteiten dat onderzoekers duidelijkheid en zekerheid biedt.

Interdisciplinaire kennis over efficiënte onderzoeksprocessen

De Jonge Akademie brengt onderzoekers actief in aanraking met vakgebieden buiten het eigen specialisme en stimuleert zo interdisciplinair onderzoek.

In 2012 heeft DJA een toonaangevend document opgesteld over publicatietradities in de wetenschap. NWO gebruikt sinds 2017 een soortgelijk document bij de beoordeling van beursaanvragen, waardoor de panelleden mijn onderzoekprestaties bij de Veni aanvraag realistisch hebben kunnen beoordelen. Het delen van kennis over het onderzoeksproces in de wetenschap is heel erg waardevol.

Terwijl er ondertussen redelijk wat kennis bestaat over verschillen in publicatietradities, is er nog weinig aandacht voor verschillen per discipline in efficiënt gebruik van informatietechnologie in het onderzoeksproces. Hoe zorgen wetenschappers ervoor dat hun verzamelde data geschikt zijn voor hergebruik (bv. d.m.v. gestandaardiseerde readme’s)? Welke “tooling” zetten onderzoekers in om hun onderzoeksresultaten repliceerbaar te maken (bv. d.m.v. makefiles)? En welke processen volgen onderzoekers hierin, zowel voor databeheer (bv. op GitHub) als ook voor het projectmanagement (bv. d.m.v. Scrum)?

Als lid van DJA zou ik me graag in willen zetten om het onderzoeksproces in verschillende disciplines in kaart te brengen. Als voorbeeld zou mijn initiatief op http://tilburgsciencehub.com kunnen dienen. Hierin probeer ik studenten en onderzoekers te ondersteunen hun onderzoeksprocessen efficiënter te maken. Concreet deel ik met dit initiatief kennis over open science, die ik in andere vakgebieden heb mogen opdoen, op een manier die de productiviteit van onderzoekers in mijn eigen vakgebied dient te verhogen. In het collegejaar 2019/2020 zijn deze methoden al toegepast binnen het onderwijs aan Tilburg University.

Fascinatie voor wetenschap en wetenschappelijke inzichten

De Jonge Akademie draagt fascinatie voor wetenschap en wetenschappelijke inzichten uit naar samenleving en onderwijs, en heeft aandacht voor valorisatie in de breedste zin van het woord.

Door mijn studenten ben ik recent in aanraking gekomen met twitch.tv, een soort “YouTube” gericht op het live streamen van games. Dit platform wordt vooral gebruikt door jonge mensen. Op twitch komen ook regelmatig programmeurs aan bod die gebruikers mee laten kijken in het ontwikkelingsproces van websites of nieuwe games. Naast het streamen is er een live chat beschikbaar, en gaat de programmeur (“streamer”) actief in op vragen en commentaar van gebruikers.

Wat als wij dit kanaal zouden inzetten als een alternatieve manier voor publiek toegankelijke kennisoverdracht in het onderwijs? Concreet ben ik bezig met een prototype om een deel van mijn onderzoeksactiviteiten live te gaan streamen. Denk hier bv aan het coderen in Python en R, en het oplossen van technologische of econometrische uitdagingen gericht op mijn onderzoek. Ik probeer hierdoor het gevoel te reproduceren wat ik zelf door “een blik over de schouders” van mijn coaches in de loop van de jaren heb mogen ervaren.

Of dit experiment op twitch lukt of niet maakt uiteindelijk niet zo veel uit. Het punt dat ik probeer te maken is dat ik intrinsiek gemotiveerd ben om na te denken over veranderingen in de vorm van onderwijs. Ik lijk hier een goede neus voor te hebben, gezien de reeks aan onderwijsprijzen die ik over de jaren heb mogen winnen.

Als lid van DJA wil ik creatief meedenken over nieuwe vormen van kennisoverdracht, zowel voor wetenschappelijk onderwijs als ook ter informatie voor de samenleving. Naast het uitrollen van livestreams zou DJA ook jaarlijks een aantal wetenschappers in het zonnetje kunnen zetten die met nieuwe onderwijsvormen een breed publiek hebben weten te bereiken.